Gestis Verbisque
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
Gestis Verbisque
Over de geldigheid van de sacramenten
Victor Manuel Kard. Fernandez
Dicasterie voor de Geloofsleer
2 februari 2024
Curie - Notities
2024, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk / SRKK
Vert. vanuit het Italiaans
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
27 mei 2025
Drs. H.M.G. Kretzers
28 mei 2025
9355
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Presentatie
Reeds ter gelegenheid van de Plenaire Vergadering van het Dicasterie[d:486] in januari 2022 hadden de leden kardinalen en bisschoppen hun bezorgdheid geuit over het feit dat de situaties zich vermenigvuldigden waarover zij gedwongen waren de ongeldigheid van de gevierde sacramenten vast te stellen. De ernstige veranderingen die werden aangebracht in de inhoud of de vorm van de sacramenten en zo de viering ervan nietig maakten, hadden vervolgens geleid tot de noodzaak de daarbij betrokken personen op te sporen om de ritus van het doopsel of het vormsel te herhalen, en een belangrijk aantal gelovigen heeft terecht zijn verontrusting tot uitdrukking gebracht. In plaats van de voor het doopsel vastgestelde formule zijn er formules gebruikt zoals de volgende: "Ik doop je in de naam van de Schepper..."en "Namens papa en mama... dopen wij je". Er zijn bij een dergelijke ernstige situatie ook priesters gevonden. Daar deze laatsten met formules van dit type waren gedoopt, hebben zij tot hun verdriet de ongeldigheid van hun wijding en van de tot dan toe gevierde sacramenten ontdekt.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaTerwijl men op andere terreinen van de pastorale activiteit van de Kerk beschikt over een grote ruimte voor creativiteit, verandert een dergelijke inventiviteit op het terrein van de viering van de sacramenten veeleer in een "manipulatieve wil" en mag om die reden geen beroep daarop worden gedaan. Responsum ad dubium: over de geldigheid van de doop onder gebruikmaking van de formule "Wij dopen u in de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest."[[7887]] Het veranderen van de vorm van een sacrament of de inhoud ervan is dus altijd een ernstig ontoelaatbare handeling en verdient een voorbeeldige straf, juist omdat dergelijke arbitraire gebaren in staat zijn zware schade tot te brengen aan het trouwe Volk van God.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaIn de toespraak tot ons Dicasterie[d:486] ter gelegenheid van de recente Plenaire Vergadering op 26 januari 2024 heeft de Heilige Vader eraan herinnerd dat "door middel van de sacramenten de gelovigen in staat worden gesteld tot profetie en getuigenis. En onze tijd heeft in het bijzonder behoefte aan profeten van een nieuw leven en getuigen van de liefde: laten wij dus de schoonheid en de heilzame kracht van de sacramenten liefhebben en doen liefhebben". In deze context heeft hij eveneens erop gewezen dat "van de bedienaren een bijzondere zorg wordt geëist bij het toedienen ervan en het ontsluiten voor de gelovigen van de gelovigen de schatten van genade die zij meedelen". L'Osservatore Romano, 26 januari 2024, 7[[9517]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaZo nodigt de Heilige Vader ons enerzijds uit om zo te handelen dat de gelovigen met vrucht kunnen naderen tot de sacramenten, terwijl hij anderzijds met kracht de oproep onderstreept oproept tot een "bijzondere zorg" bij de toediening ervan.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaVan ons bedienaren wordt daarom de kracht gevraagd de verleiding te overwinnen om ons eigenaar te voelen van de Kerk. Wij moeten daarentegen zeer ontvankelijk worden voor een gave die aan ons voorafgaat: niet alleen de gave van het leven of van de genade, maar ook de schatten van de sacramenten, die ons zijn toevertrouwd door Moeder de Kerk. Zij zijn niet van ons! En de gelovigen hebben op hun beurt het recht ze te ontvangen zoals de Kerk bepaalt: op deze wijze beantwoordt de viering ervan aan de bedoeling van Jezus en maakt zij het gebeuren van Pasen actueel en doeltreffend.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaMet ons godsdienstig respect van bedienaren jegens hetgeen de Kerk heeft bepaald ten opzichte van de inhoud en de vorm van ieder sacrament, laten wij ten overstaan van de gemeenschap de waarheid zien dat "het Hoofd van de Kerk, en dus de ware voorzitter van de viering, alleen Christus is". 24[[al:24]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaDe Notitie die wij hier presenteren, behandelt daarom niet een puur technische of zelfs "rigoristische" kwestie. Met het publiceren ervan wil het Dicasterie vooral voor op een heldere wijze de prioriteit tot uitdrukking brengen van het handelen van God en nederig de eenheid van het Lichaam van Christus, dat de Kerk is, in haar heiligste gebaren tot uitdrukking brengen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaMoge dit Document, dat op 25 januari 2024 unaniem door de leden van het Dicasterie[d:486], bijeengekomen in de Plenaire Vergadering, en vervolgens door de Heilige Vader Franciscus is goedgekeurd, in alle bedienaren van de Kerk het volledige bewustzijn vernieuwen van hetgeen Christus ons heeft gezegd: "Niet gij hebt Mij uitgekozen, maar Ik u" (Joh. 15, 16)[b:Joh. 15, 16].
- Víctor Manuel Kard. Fernández
Prefect
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Inleiding
1
Met gebeurtenissen en woorden die innerlijk met elkaar verbonden zijn, openbaart en actualiseert God zijn heilsplan voor iedere man en vrouw, bestemd als zij zijn tot de vereniging met Hem. vgl: Dei Verbum, 2[[[576|2]]] Deze heilsrelatie wordt op een doeltreffende wijze verwezenlijkt in het liturgisch handelen, waar de verkondiging van het heil, die weerklinkt in het Woord dat wordt verkondigd, haar actualisering in de sacramentele gebaren vindt. Deze stellen immers het heilzame handelen van God, dat zijn hoogtepunt vindt in het Pasen van Christus, in de menselijke geschiedenis tegenwoordig. De verlossende kracht van die gebaren geeft continuïteit aan de heilsgeschiedenis die God realiseert in de tijd.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaIngesteld door Christus zijn de sacramenten dus handelingen die door zichtbare tekens de levende ervaring van het heilsmysterie actualiseren en daarbij de deelname van de menselijke wezens aan het goddelijk leven mogelijk maken. Het zijn de "meesterwerken van God" in het Nieuwe en eeuwige Verbond, krachten die uitgaan van het lichaam van Christus, handelingen van de Heilige Geest die werkzaam is in zijn lichaam dat de Kerk is. vgl: Catechismus van de Katholieke Kerk, 1116[[[1|1116]]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaDaarom viert de Kerk in de liturgie met een trouwe liefde en verering de sacramenten die Christus zelf haar heeft toevertrouwd, opdat zij deze trouw bewaart als kostbare erfenis en bron van haar leven en haar zending.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Helaas moet men vaststellen dat de liturgische viering, in het bijzonder die van de sacramenten, niet altijd plaatsvindt in volledige trouw aan de door de Kerk voorgeschreven riten. Dit Dicasterie[d:486] is meermalen tussen beide gekomen om dubia aangaande de geldigheid van de gevierde sacramenten weg te nemen op het terrein van de Romeinse Ritus, bij het niet in acht nemen van de liturgische normen en daarbij soms een conclusie met een pijnlijk negatief antwoord heeft moeten trekken, omdat men vaststelde dat in die gevallen de gelovigen beroofd zijn van hetgeen hun verschuldigd is, "dat wil zeggen, het Paasmysterie, gevierd op de rituele wijze die de Kerk bepaalt". Desiderio Desideravi, 23[[8667|23]] Men zou bijvoorbeeld kunnen verwijzen naar doopselvieringen waarbij de sacramentele formule is veranderd in haar wezenlijke element, zo het sacrament nietig maakt en op deze manier de toekomstige sacramentele weg van die gelovigen in gevaar brengt voor wie men met ernstig ongemak ertoe is moeten overgaan de viering van niet alleen het doopsel, maar ook van de daarna ontvangen sacramenten te herhalen.Sommige priesters hebben de...Sommige priesters hebben de ongeldigheid van hun wijding en de door hen gevierde sacramentele handelingen moeten vaststellen juist vanwege het ontbreken van een geldig doopsel (vgl. CIC, can. 842), wat te wijten was aan de nalatigheid van degene die hun het sacrament op een willekeurige wijze had toegediend. vgl: Codex Iuris Canonici, 842[[[30|842]]]
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
In bepaalde omstandigheden kan men de goede trouw vaststellen van sommige bedienaren die onopzettelijk of gedreven door oprechte pastorale motieven de sacramenten vieren waarbij ze de wezenlijke formules en riten, vastgesteld door de Kerk, veranderen, al was het maar om ze naar hun mening geschikter en begrijpelijker te maken. Veelvuldig, echter, "maskeert de toevlucht tot een pastorale motivatie, ook onbewust, een subjectivistisch afdrijven en een manipulerende wil". Responsum ad dubium: over de geldigheid van de doop onder gebruikmaking van de formule "Wij dopen u in de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest."[[7887]] Zo manifesteert zich ook een leemte in de vorming, vooral wat het bewustzijn betreft van de waarde van het symbolisch handelen, een wezenlijk kenmerk van de liturgisch-sacramentele handeling.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Om de bisschoppen in hun taak van promotoren en behoeders van het liturgische leven van de aan hun toevertrouwde plaatselijke Kerken te helpen wil het Dicasterie voor de Geloofsleer[d:486] in deze Notitie enkele elementen van leerstellige aard aanbieden betreffende de onderscheiding over de geldigheid van de viering van de sacramenten door ook aandacht te schenken aan enkele disciplinaire en pastorale aspecten.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Het doel van onderhavig document geldt bovendien voor de Katholieke Kerk in haar geheel. De theologische bewijsvoeringen waardoor het wordt geïnspireerd, maken soms gebruik van categorieën die eigen zijn aan de Latijnse traditie. Daarom vertrouwt men het de synode of de vergadering van de hiërarchen van iedere katholieke oosterse Kerk toe om naar behoren de aanwijzingen van dit document aan te passen, daarbij gebruik makend van de eigen theologisch taal waar deze verschilt van die welke in de tekst wordt gebruikt. Het resultaat dient derhalve vóór publicatie ter goedkeuring voorgelegd te worden aan het Dicasterie voor de Geloofsleer[d:486].
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- I. - De Kerk wordt ontvangen en tot uitdrukking gebracht in de sacramenten
6
Het Tweede Vaticaans Concilie betrekt het begrip sacrament analoog op de hele Kerk. Wanneer het in de constitutie over de heilige liturgie stelt dat "uit de zijde van de ingeslapen Christus op het kruis het wonderbare sacrament van heel de Kerk werd geboren", Sacrosanctum Concilium, 5,26[[570|5.26]] sluit het zich in het bijzonder aan bij de typologische interpretatie, dierbaar aan de Kerkvaders, van de relatie tussen Christus en Adam. Wat dit betreft, geeft paus Franciscus het volgende commentaar: "De parallel tussen de eerste en de nieuwe Adam is verrassend: zoals God uit de zijde van de eerste Adam Eva te voorschijn deed komen, nadat Hij over hem een diepe slaap had doen neerdalen, zo wordt uit de zijde van de nieuwe Adam, ingeslapen in de slaap van de dood, de nieuwe Eva, de Kerk, geboren. De verwondering geldt de woorden waarvan wij kunnen denken dat de nieuwe Adam, wanneer Hij naar de Kerk kijkt, ze tot de zijne maakt: "Eindelijk been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees" (Gen. 2, 23). Door aan het Woord te hebben geloofd en in het water van het doopsel te zijn afgedaald zijn wij been van zijn gebeente, vlees van zijn vlees geworden"[[8667|14]] De concilietekst roept de bekende woorden van de heilige Augustinus in herinnering brengt, vgl: 138, 2: CCL 40, 1991: "Eva werd geboren uit de zijde (van de) ingeslapen (Adam), de Kerk uit de zijde (van de) lijdende (Christus).[[[838]]] die uitlegt: "Adam slaapt, opdat Eva wordt gevormd; Christus sterft, opdat de Kerk wordt gevormd. Uit de zijde van de slapende Adam wordt Eva gevormd; uit de zijde van de op het kruis gestorven Christus, doorboord door de lans, ontspringen de sacramenten waarmee de Kerk wordt gevormd". 9, 10: PL 35, 1463[[859]]
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
De dogmatische constitutie over de Kerk herhaalt dat "in Christus de Kerk als het ware het sacrament is, dat wil zeggen het teken en het instrument, van de innige vereniging met God en van de eenheid van heel het menselijk geslacht". Lumen Gentium, 1[[617|1]] vgl: Lumen Gentium, 9,48[[[617|9.48]]] vgl: Gaudium et Spes, 5,26[[[575|5.26]]] En dit wordt voornamelijk verwezenlijkt door middel van de sacramenten; in ieder hiervan wordt op zijn wijze de sacramentele natuur van de Kerk, het Lichaam van Christus, geactualiseerd. De connotatie van de Kerk als universeel heilssacrament "toont hoe de sacramentele economie uiteindelijk bepaalt op welke wijze Christus, de enige Redder, door de Geest ons leven bereikt, tot in alle bijzondere omstandigheden toe. De Kerk ontvangt en drukt zich tegelijk uit in de zeven sacramenten, waardoor de genade van God concreet inwerkt op het leven van de gelovigen, zodat het hele, door Christus verloste leven een godgevallige eredienst wordt". Sacramentum Caritatis, 16[[1784|16]]
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Juist door de Kerk als zijn mystiek Lichaam te stichten maakt Christus de gelovigen deelachtig aan zijn eigen leven door hen op een reële en mysterieuze wijze door middel van de sacramenten met zijn dood en verrijzenis te verenigen. vgl: Lumen Gentium, 7[[[617|7]]] De heiligende kracht van de Heilige Geest is immers door de sacramentele tekenen werkzaam in de gelovigen, vgl: Lumen Gentium, 50[[[617|50]]] door hen tot levende stenen te maken van een geestelijk gebouw, dat gegrondvest is op de hoeksteen die Christus de Heer is, (1 Pt. 2, 5; Ef. 2, 20)[[b:1 Pt. 2, 5; Ef. 2, 20]] vgl: Lumen Gentium, 6[[[617|6]]] en hen te vormen als een priesterlijk volk, dat deel heeft aan het enige priesterschap van Christus. (1 Pt. 2, 9; Apok. 1, 6; Apok. 5, 10)[[b:1 Pt. 2, 9; Apok. 1, 6; Apok. 5, 10]]
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
De zeven essentiële gebaren die het Concilie van Trente[d:21] plechtig heeft verklaard als goddelijke instelling, vgl: Sessio VII - Decretum de Sacramentis, 1[[[672|+4]]] vormen zo een bevoorrechte plaats van de ontmoeting met Christus de Heer, die zijn genade schenkt en die met de woorden en de rituele handelingen van de Kerk het geloof voedt en versterkt. vgl: Sacrosanctum Concilium, 116[[[570|116]]] In de Eucharistie en al de andere sacramenten "is voor ons de mogelijkheid gegarandeerd de Heer Jezus te ontmoeten en te worden bereikt door de macht van zijn Pasen". Desiderio Desideravi, 11[[8667|11]]
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Zich hiervan bewust, heeft de Kerk vanaf haar ontstaan een bijzondere zorg gehad voor de bronnen waaruit zij het levenssap put voor haar bestaan en haar getuigenis: het Woord van God, waarvan door de Heilige Schrift en de traditiegetuigenis wordt afgelegd, en de sacramenten, die in de liturgie worden gevierd en waardoor zij voortdurend wordt teruggebracht tot het mysterie van het Pasen van Christus. vgl: Dei Verbum, 9[[[576|9]]]
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaDe interventies van het leergezag inzake de sacramenten zijn altijd gemotiveerd geweest door een fundamentele bezorgdheid omtrent de trouw aan het gevierde mysterie. De Kerk heeft immers de plicht om de prioriteit van het handelen van God zeker te stellen en de eenheid van het Lichaam van Christus te beschermen bij ongeëvenaarde handelingen, omdat zij "bij uitstek" heilig zijn met een doelmatigheid die door het priesterlijk handelen van Christus is gegarandeerd. vgl: Sacrosanctum Concilium, 5,7[[[570|5.7]]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- II. De Kerk bewaakt en wordt bewaakt door de sacramenten
11
De Kerk is "bedienaar" van de sacramenten, niet de eigenaar ervan. (1 Kor. 4, 1)[[b:1 Kor. 4, 1]] Door ze vieren ontvangt zij zelf de genade ervan, bewaakt ze en wordt op haar beurt erdoor bewaakt. De potestas die zij kan uitoefenen met betrekking tot de sacramenten, is analoog aan die welke zij bezit ten opzichte van de Heilige Schrift. In deze laatste erkent de Kerk het Woord van God, op schrift gesteld onder de inspiratie van de Heilige Geest, terwijl zij de canon van de heilige boeken vaststelt. Tegelijkertijd onderwerpt zij zich echter ook aan dit Woord, dat "zij vroom aanhoort, heilig bewaart en trouw uiteenzet". Dei Verbum, 10[[576|10]] Op een gelijke wijze erkent de Kerk, bijgestaan door de Heilige Geest, de heilige tekenen waardoor Christus de genade rijkelijk uitdeelt die uitgaat van Pasen, waarbij zij het aantal ervan bepaalt en voor elk ervan de wezenlijke elementen aangeeft.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaWanneer zij zo doet, is de Kerk zich bewust dat de genade van God beheren niet betekent zich deze toe te eigenen, maar een instrument van de Heilige Geest te worden in het doorgeven van de gave van het Pasen van Christus. Zij weet in het bijzonder dat haar potestas inzake de sacramenten ophoudt ten overstaan van de inhoud ervan. vgl: cap. 2: DH 1728: "Het Concilie verklaart bovendien dat de Kerk altijd de macht heeft gehad om bij het beheren van de sacramenten, behoudens de inhoud ervan de elementen te bepalen en te veranderen die zij het nuttigst achtte voor degenen die ze ontvangen, of voor de verering van de sacramenten zelf, al naar gelang de diversiteit van de omstandigheden, de tijden en de plaatsen."[[[693|+8]]] vgl: Sacrosanctum Concilium, 21[[[570|21]]] Zoals de Kerk in de prediking altijd trouw het evangelie van de gestorven en verrezen Christus moet verkondigen, zo moet zij in de sacramentele gebaren de heilzame gebaren die Jezus haar heeft toevertrouwd, bewaken.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Het is ook waar dat de Kerk niet altijd eenstemmig de gebaren en de woorden waarin deze inhoud, divinitus instituta, bestaat. Voor alle sacramenten blijken in ieder geval de elementen fundamenteel te zijn die het kerkelijk leergezag, luisterend naar de sensus fidei van het Volk van God en in dialoog met de theologie inhoud en vorm heeft bepaald, waarbij de intentie van de bedienaar komt.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
De inhoud van het sacrament bestaat in het menselijk handelen door middel waarvan Christus handelt. Hierin is nu eens een materieel element (water, brood, wijn, olie) aanwezig, dan weer een bijzonder welsprekend gebaar (kruisteken, oplegging van de handen, onderdompeling, uitstorting, instemming, zalving). Deze lichamelijkheid blijkt onontbeerlijk, omdat zij het sacrament niet alleen doet wortelen in de geschiedenis van de mens, maar ook op een fundamentelere wijze in de symbolische orde van de schepping en het terugbrengt naar het mysterie van de menswording van het Woord en de door Hem bewerkstelligde verlossing. vgl: Laudato Si', 235-236[[[5000|235-236]]] vgl: Desiderio Desideravi, 46[[[8667|46]]] vgl: Catechismus van de Katholieke Kerk, 1152[[[1|1152]]]
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
De vorm van het sacrament bestaat uit het woord dat een transcendente betekenis aan de inhoud verleent door de gewone betekenis van het materiële element en de louter menselijke zin van de verrichte handeling te veranderen. Dat woord ontleent zijn inspiratie in een verschillende mate aan de Heilige Schrift, Het Woord van God bereikt...Het Woord van God bereikt juist in de sacramenten en vooral in de Eucharistie zijn hoogste doeltreffendheid. vindt zijn diepste wortels in de levende traditie van de Kerk en wordt gezaghebbend bepaald door het leergezag van de Kerk middels een aandachtige onderscheiding. (Joh. 14, 26; Joh. 16, 13)[[b:Joh. 14, 26; Joh. 16, 13]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Inhoud en vorm zijn doordat zij geworteld zijn in de Schrift en de traditie, nooit afhankelijk geweest of kunnen nooit afhankelijk zijn van de wil van een enkel individu of een enkele gemeenschap. Ten opzichte van hen is de taak van de Kerk immers niet ze te bepalen naar believen of de willekeur van iemand, maar ze met het veiligstellen van de substantie van de sacramenten (salva illorum substantia) cap. 2: DH 1728[[693|+8]] vgl: Sacrosanctum Concilium, 38[[[570|38]]] gezaghebbend in volgzaamheid aan het werken van de Geest aan te wijzen.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaVoor enkele sacramenten blijken inhoud en vorm vanaf de oorsprong in wezen bepaald, waardoor hun stichting door Christus onmiddellijk; voor andere heeft de bepaling van de wezenlijke elementen in de loop van een complexe geschiedenis niet zonder een belangrijke ontwikkeling een duidelijkere omschrijving gekregen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Men kan in dezen niet ontkennen dat, wanneer de Kerk ingrijpt bij de bepaling van de wezenlijke elementen van een sacrament, zij altijd handelt vanuit het geworteld zijn in de traditie om beter de door een sacrament verleende genade tot uitdrukking te brengen.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaIn deze context vereiste de liturgische hervorming van de sacramenten die volgens de principes van het Tweede Vaticaans Concilie heeft plaatsgevonden, dat de rites zodanig werden herzien dat zij duidelijker de heilige werkelijkheden die zij betekenen en voortbrengen, tot uitdrukking brachten. vgl: Sacrosanctum Concilium, 21[[[570|21]]] vgl: De Kerk heeft altijd zorg ervoor gedragen om de gezonde traditie te bewaren, terwijl zij de weg opende voor een gewettigde ontwikkeling. Daarom heeft zij bij de hervorming van de riten de regel gevolgd dat "de nieuwe vormen in zekere zin organisch groeien uit de reeds bestaande vormen"[[[570|23]]] Men zie als bewijs hiervan:Men zie als bewijs hiervan: vgl: Pontificalis Romani Recognitio[[[2719]]] vgl: Missale Romanum[[[1209]]] vgl: Divinae consortium naturae[[[1624]]] vgl: Sacram Unctionem Infirmorum[[[1625]]] De Kerk oefent met haar leergezag inzake de inhoud van de sacramenten haar potestas uit in het spoor van de levende traditie, "die stamt van de apostelen en vordert in de Kerk onder bijstand van de Heilige Geest". Dei Verbum, 8[[576|8]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaDoor dus onder de werking van de Geest het sacramentele karakter van sommige riten te erkennen heeft de Kerk ze beschouwd als beantwoordend aan de bedoeling van Jezus om het paasgebeuren te actualiseren en het mogelijk te maken hieraan deel te nemen. vgl: Sacramentum Caritatis, 12[[[1784|12]]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Voor alle sacramenten is in ieder geval altijd de inachtneming van inhoud en vorm vereist voor de geldigheid van de viering in het bewustzijn dat willekeurige veranderingen in de een en/of de ander - waarvan de ernst en de ongeldig makende kracht telkens geverifieerd dienen te worden - de doeltreffende schenking van de sacramentele genade in gevaar brengen met een duidelijk schade voor de gelovigen. Men dient het onderscheid te...Men dient het onderscheid te benadrukken tussen wat geoorloofd is en wat geldig is, evenals eraan herinnerd moet worden dat elke verandering van de formule van een sacrament altijd een ernstig ongeoorloofde daad is.
Ook wanneer men meent dat een kleine verandering de oorspronkelijke betekenis van een sacrament niet verandert en het dientengevolge niet ongeldig maakt, zij blijft altijd ongeoorloofd.
In twijfelgevallen, waar er een verandering van de vorm of van de inhoud van een sacrament is geweest, komt de onderscheiding omtrent de geldigheid toe aan de competentie van dit Dicasterie voor de Geloofsleer. Zowel de inhoud als de vorm, samengevat door het Wetboek van Canoniek Recht, vgl: can. 849 voor het Doopsel[[[30|849]]] vgl: can. 880 § 1-2 voor het Vormsel[[[30|+1009+2690]]] vgl: cann. 900 § 1, 924 en 928 voor de Eucharistie[[[30|+1036+1062+2708+2709+1066]]] is bepaald in de door de bevoegde instanties gepromulgeerde liturgische boeken en deze moeten daarom trouw in acht worden genomen zonder "iets toe te voegen, iets weg te laten of te veranderen". Sacrosanctum Concilium, 22[[570|22]] vgl: CIC, can. 846 § 1[[[30|+967]]]
Ook wanneer men meent dat een kleine verandering de oorspronkelijke betekenis van een sacrament niet verandert en het dientengevolge niet ongeldig maakt, zij blijft altijd ongeoorloofd.
In twijfelgevallen, waar er een verandering van de vorm of van de inhoud van een sacrament is geweest, komt de onderscheiding omtrent de geldigheid toe aan de competentie van dit Dicasterie voor de Geloofsleer. Zowel de inhoud als de vorm, samengevat door het Wetboek van Canoniek Recht, vgl: can. 849 voor het Doopsel[[[30|849]]] vgl: can. 880 § 1-2 voor het Vormsel[[[30|+1009+2690]]] vgl: cann. 900 § 1, 924 en 928 voor de Eucharistie[[[30|+1036+1062+2708+2709+1066]]] is bepaald in de door de bevoegde instanties gepromulgeerde liturgische boeken en deze moeten daarom trouw in acht worden genomen zonder "iets toe te voegen, iets weg te laten of te veranderen". Sacrosanctum Concilium, 22[[570|22]] vgl: CIC, can. 846 § 1[[[30|+967]]]
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Met de inhoud en de vorm is de bedoeling van het mysterie dat het sacrament viert, verbonden. Het is duidelijk dat hier het thema van de bedoeling duidelijk onderscheiden moet worden van dat van het persoonlijke geloof en de morele toestand van de bedienaar, die de geldigheid van de genadegave niet aantasten. vgl: Sessio VII - Decretum de Sacramentis, 12, 17[[[672|+15+21]]] vgl: Toen paus Anastasius II in 496 aan de keizer schreef, zei hij het volgende: "Als de stralen van deze zichtbare zon, ook al gaan zij door zeer stinkende plaatsen heen, in het geheel niet door het contact hiermee door enige bevuiling bezoedeld worden, des te meer wordt de macht van die (zon), die deze zichtbaar heeft gemaakt, beperkt door enige onwaardigheid van de bedienaar": DH 356.[[[9518]]] Hij moet immers de "intentie hebben tenminste dat te doen wat de Kerk doet", Sessio VII - Decretum de Sacramentis, 11[[672|+14]] vgl: Inter Cunctas, 22[[[2598|+17]]] vgl: Exsultate Deo, 2[[[1021|+5]]] vgl: cann. 861 § 2; 869 § 2[[[30|+2680+2685]]] vgl: Catechismus van de Katholieke Kerk, 1256[[[1|1256]]] door een sacramentele handeling tot een echte menselijke daad, onttrokken aan ieder automatisme, en een volledig kerkelijk daad, onttrokken aan de willekeur van een individu, te maken, daar wat de Kerk doet, bovendien niets anders is dan wat Christus heeft ingesteld, vgl: Summa Theologiae Tertia Pars q. 64 a. 8[[[t:IIIa q. 64 a 8]]] vgl: lib. VII, cap. 6, nr. 9, 204[[[2021]]] draagt ook de intentie samen met de inhoud en de vorm ertoe bij de sacramentele handeling tot een verlenging te maken van het heilswerk van de Heer.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaInhoud, vorm en intentie zijn onderling intrinsiek met elkaar verbonden: zij vullen elkaar aan in het sacramentele handelen, en wel zo dat de intentie het verenigende principe van inhoud en vorm wordt door er een heilig teken van te maken waardoor de genade ex opere operato wordt verleend. vgl: can. 8: DH 1608[[[672|+11]]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Anders dan de inhoud en de vorm, die het zichtbare en objectieve element van het sacrament zijn, is de intentie van de bedienaar - samen met de gesteldheid van de ontvanger - het innerlijke en subjectieve element ervan. Van nature neigt zij echter ertoe zich ook uiterlijk te manifesteren door middel van de inachtneming van de door de Kerk bepaalde ritus, zodat een ernstige verandering van de wezenlijke elementen ook leidt tot een twijfel over de werkelijke intentie van de bedienaar door de geldigheid van het gevierde sacrament aan te tasten. vgl: Apostolicae Curae et Caritatis, 41[[[1712|+58]]] In principe komt immers de intentie om te doen wat de Kerk doet, tot uitdrukking in het gebruik van de inhoud en de vorm die de Kerk heeft bepaald. Het is echter mogelijk dat,...Het is echter mogelijk dat, ook wanneer men uiterlijk zich houdt aan de voorgeschreven rite, de intentie van de bedienaar verschilt van die van de Kerk. Dat gebeurt binnen de kerkelijke gemeenschappen die na het geloof van de Kerk in een of ander wezenlijk element veranderd te hebben hiermee de intentie van hun bedienaren doen ontaarden door hen te verhinderen de intentie te hebben om te doen wat de Kerk - en niet hun gemeenschap - doet, wanneer zij de sacramenten viert. Dit is bijvoorbeeld de reden van de ongeldigheid van het door de mormonen (Kerk van Jezus Christus van de Heiligen van de Laatste Dag) toegediende doopsel: gegeven dat de Vader, de Zoon en de Heilige Geest voor hen wezenlijk iets anders zijn ten opzichte van hetgeen de Kerk belijdt, wordt het door hen toegediende doopsel, ook al wordt het met dezelfde trinitaire formule toegediend, ongeldig gemaakt door een error in fide die terugslaat op de intentie van de bedienaar. vgl: Responsum ad dubium de validitate Baptismatis[[[6412]]]
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Inhoud, vorm en intentie zij altijd ingevoegd in de context van een liturgieviering, die geen ceremoniële ornatus van de sacramenten vormt en evenmin een didactische inleiding op de werkelijkheid die zich voltrekt, maar in zijn geheel de gebeurtenis is waarbij zich in Christus en de Heilige Geest de persoonlijke en gemeenschappelijke ontmoeting blijft verwezenlijken tussen God en ons, in Christus en in de Heilige Geest, een ontmoeting waarbij door middel van zichtbare tekenen "waarbij God op volmaakte wijze verheerlijkt wordt en de mensen worden geheiligd". Sacrosanctum Concilium, 7[[570|7]]
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaDe noodzakelijke bezorgdheid voor de wezenlijke elementen van de sacramenten, waarvan hun geldigheid afhangt, moet daarom overeenkomen met de zorg en het respect voor heel de viering, waarin de betekenis en de uitwerkingen van de sacramenten ten volle begrijpelijk worden gemaakt door een veelvoud van gebaren en woorden en zo de actuosa participatio van de gelovigen wordt bevorderd. Wat dit betreft, spoort het Tweede Vaticaans concilie de herders aan er waakzaam op toe te zien "dat in de liturgische handeling niet alleen de wetten van betreffende de geldigheid en de geoorloofdheid van de viering in acht worden genomen, maar ook dat de gelovigen bewust, actief en met vrucht eraan deelnemen"[[570|11]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
De liturgie zelf maakt de variatie mogelijk die de Kerk behoedt voor een "starre eenvormigheid". Sacrosanctum Concilium, 37[[570|37]] Om deze reden heeft het Tweede Vaticaans Concilie bepaald dat "met behoud van de wezenlijke eenheid van de Romeinse ritus men ruimte moet laten voor wettige verschillen en aanpassingen aan de verschillende groepen, streken en volkeren, vooral in de missiegebieden". Sacrosanctum Concilium, 38[[570|38]]
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaOp grond hiervan heeft de door het Tweede Vaticaans Concilie gewilde liturgische hervorming niet alleen de bisschoppenconferenties gemachtigd om algemene aanpassingen aan de Latijnse editio typica in te voeren, maar het heeft eveneens voorzien in de mogelijkheid van particuliere aanpassingen door de bedienaar van de viering met als enig doel aan de pastorale en geestelijke noden van de gelovigen tegemoet te komen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Opdat echter de variatie "de eenheid niet zou schaden, maar veeleer bevorderen", Lumen Gentium, 13[[617|13]] blijft het duidelijk dat, buiten de gevallen die uitdrukkelijk in de liturgische boeken worden aangegeven, "de regeling van de heilige liturgie alleen toekomt aan het gezag van de Kerk" nr. 22 § 1[[570|22]], dat al naar gelang de omstandigheden berust bij de bisschop, de territoriale vergadering van de bisschoppen, bij de Apostolische Stoel.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaHet is immers duidelijk dat "het op eigen initiatief veranderen van de vorm van de viering van een sacrament als overtreding van een positieve norm iet een eenvoudig liturgisch misbruik is, maar een vulnus die tegelijkertijd wordt toegebracht aan de kerkgemeenschap en de herkenbaarheid van het handelen van Christus en in de ernstigste gevallen het sacrament ongeldig maakt, omdat de aard van het ministerieel handelen vereist trouw door te geven wat men heeft ontvangen. (1 Kor. 15, 3)[[b:1 Kor. 15, 3]] Desiderio Desideravi[[8667]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- III. Het liturgisch voorzitterschap en de kunst van het vieren
23. Het Tweede Vaticaans Concilie en het postconciliaire leergezag staan het toe de dienst van het liturgisch voorzitterschap in te kaderen in zijn correcte theologische betekenis. De bisschop en zijn priestermedewerkers zitten de liturgievieringen, met op het hoogste niveau de Eucharistie, "oorsprong en hoogtepunt van heel het christelijk leven", Lumen Gentium, 11[[617|11]] voor in persona Christi (Capitis) en nomine Ecclesiae. In beide gevallen betreft het formules die - hoewel met enkele varianten - door de traditie goed gedocumenteerd zijn. Vgl. voor de formule in...Vgl. voor de formule in persona Christi (of ex persona Christi) in het bijzonder de heilige Thomas van Aquino, Summa Theologiae, III, q. 22 c; q. 78, a. 1 c; q. 82, a.1 c; voor de formule in persona Ecclesiae (die in het vervolg ertoe zal neigen verdrongen te worden door de formule (in) nomine Ecclesiae), Id., Summa Theologiae, III, q. 64, a. 8; ad 2; a.9, ad 1; q. 82, a. 6 c. vgl: Thomas let erop de beide uitdrukkingen met elkaar te verbinden: "...sacerdos in missa in orationibus quidem loquitur in persona Ecclesiae in cuius unitate consistit. Sed in consecratione sacramenti loquitur in persona Christi cuius vicem in hoc gerit per ordinis potestatem".[[[t:IIIa q. 82 a 7 ad 3]]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
De formule in persona Christi vgl: Sacrosanctum Concilium, 33[[[570|33]]] vgl: Sacerdotalis Caelibatus, 29[[[1219|29]]] vgl: Evangelii Nuntiandi, 68[[[519|68]]] vgl: Dominicae Cenae, 8[[[404|8]]] vgl: Reconciliatio et paenitentia, 8,29[[[759|8.29]]] vgl: Ecclesia de Eucharistia, 29[[[87|29]]] vgl: Pastores Gregis, (7,10,16)[[[711|(7.10.16)]]] vgl: cann. 899 § 2[[[30|899]]] vgl: can. 900 § 1[[[30|900]]] betekent dat de priester Christus zelf bij het gebeuren van de viering Christus vertegenwoordigt. Dat wordt op het hoogste niveau verwezenlijkt, wanneer hij bij de eucharistische consecratie de woorden van de Heer met dezelfde doeltreffendheid uitspreekt en daarbij zijn ik krachtens de Heilige Geest vereenzelvigt met dat van Christus. Wanneer vervolgens het Concilie preciseert dat de priesters de Eucharistie in persona Christi Capitis voorzitten, vgl: Presbyterorum Ordinis, 2[[[704|2]]] vgl: Christifideles laici, 22[[[692|22]]] vgl: Pastores Dabo Vobis, 3,12,15-18,21-27,29-31,35,61,70,72[[[724|3.12.15-18.21-27.29-31.35.61.70.72]]] vgl: Codex Iuris Canonici, 1009[[[30|+2751]]] vgl: Catechismus van de Katholieke Kerk, 875,1548-1550,1581,1591[[[1|875.1548-1550.1581.1591]]], bedoelt het niet een idee te bevestigen dat de bedienaar als "hoofd" zou beschikken over een macht die willekeurig uitgeoefend moet worden. Het Hoofd van de Kerk en dus de ware voorzitter van de viering alleen Christus is. "Hij is ook het hoofd van het lichaam dat de Kerk is" (Kol. 1, 18), in zoverre als Hij haar uit zijn zijde haar doet ontstaan, voedt en verzorgt door haar zo lief te hebben dat Hij zich voor haar geeft (vgl. Ef. 5, 25.29; Joh. 10, 11). De potestas van de bedienaar is een diaconia, zoals Christus zelf zijn leerlingen in de context van het Laatste Avondmaal leert. (Lc. 22, 25-27; Joh. 13, 1-20)[[b:Lc. 22, 25-27; Joh. 13, 1-20]] Zij die krachtens de sacramentele genade gelijkvormig aan Hem worden door deel te hebben aan het gezag waarmee Hij zijn volk leidt en heiligt, zijn daarom in de liturgie en heel het pastorale ambt geroepen zich te conformeren aan dezelfde logica, omdat zij als herders zijn aangesteld niet om de baas te spelen over de kudde, maar om haar naar het voorbeeld van Christus, de Goede Herder van de schapen (1 Pt. 5, 3; Joh. 10, 11.14)[[b:1 Pt. 5, 3; Joh. 10, 11.14]] te dienen. Dat is wat ook de Algemene Instructies van het Romeinse Missaal stellen: "Daarom moet (de priester), wanneer hij de Eucharistie viert, God dienen met waardigheid en nederigheid, en (...) de gelovigen de levende aanwezigheid van Christus laten waarnemen".[[1798]]
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
Tegelijkertijd handelt de bedienaar die de viering voorzit, nomine Elcclesiae vgl: Sacrosanctum Concilium, 33[[[570|33]]] vgl: Lumen Gentium, 10[[[617|10]]] vgl: Presbyterorum Ordinis, 2[[[704|2]]], een formule die duidelijk maakt dat hij, terwijl hij Christus het hoofd ten overstaan van het Lichaam, dat de Kerk is, vertegenwoordigt, eveneens ten overstaan van haar eigen Hoofd dit Lichaam, wat meer is deze Bruid als integraal subject tegenwoordig stelt, heel het priesterlijk volk in de naam waarvan de bedienaar spreekt en handelt. vgl: Lumen Gentium, 10[[[617|10]]] Als het overigens waar is dat "wanneer iemand doopt, Christus zelf doopt, Sacrosanctum Concilium, 7[[570|7]] dan is dat evenzeer het feit dat "de Kerk, wanneer zij een sacrament viert, handelt als Lichaam dat onafscheidelijk van haar Hoofd handelt, in zoverre het Christus-het Hoofd is die handelt in het Lichaam van de Kerk, dat door Hem is voortgebracht in het mysterie van Pasen". Kwestie Irak en de oorlogsdreiging[58] Dat benadrukt de wederzijdse ordening tussen het op het doopsel gebaseerd priesterschap en het ministerieel priesterschap vgl: Lumen Gentium, 10[[[617|10]]] en het zo toestaat te begrijpen dat het tweede bestaat ten dienste van het eerste en juist daarom - zoals wij hebben gezien - in de bedienaar die de sacramenten viert, nooit de intentie mag ontbreken te doen hetgeen de Kerk doet.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
De dubbele en gecombineerde functie die door de formules in persona Christi - nomine Ecclesiae tot uitdrukking wordt gebracht en de wederzijdse vruchtbare relatie tussen het op het doopsel gebaseerd priesterschap en het ministerieel priesterschap, verbonden met het bewustzijn dat de elementen die wezenlijk zijn voor de geldigheid van de sacramenten, in hun eigen context, dat wil zeggen het liturgisch handelen, gezien dienen te worden, zullen de bedienaar zich er steeds meer bewust van maken dat " liturgische handelingen geen private handelingen zijn, maar vieringen van de Kerk", handelingen die, hoewel op verschillende wijze, naar gelang van de verscheidenheid van wijdingen, taken en daadwerkelijke deelname", "behoren tot het gehele Lichaam van de Kerk, het duidelijk zichtbaar maken en erop inwerken". Sacrosanctum Concilium, 26[[570|26]] vgl: Sacrosanctum Concilium, 7[[[570|7]]] vgl: Catechismus van de Katholieke Kerk, 1140-1141[[[1|1140-1141]]] Laat de bedienaar juist daarom begrijpen dat een authentieke ars celebrandi die is welke het primaat van Christus en de actuosa participatio van heel de liturgisch bijeenkomst, ook door middel van een nederige gehoorzaamheid aan de liturgische normen respecteert en verheerlijkt. vgl: Institutio Generalis Missalis Romani, 24[[[1798|24]]]
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
Het blijkt steeds dringend noodzakelijker te zijn een kunst van vieren te doen rijpen die door zich even ver te houden van een star rubricisme als van een ongeregelde fantasie leidt tot een discipline die gerespecteerd moet worden, juist om authentieke leerlingen te zijn: "het betreft veeleer een "discipline" - in de zin zoals Guardini deze gebruikt - die, indien authentiek in acht genomen, ons vormt: het zijn gebaren en woorden die in onze innerlijke wereld orde scheppen door ons gevoelens, houdingen, gedragingen te laten beleven. Het zijn geen verkondiging van een ideaal waardoor men zich moet laten inspireren, maar een handeling die het lichaam in zijn totaliteit erbij betrekt, dat wil zeggen in zijn een eenheid van lichaam en ziel zijn". Desiderio Desideravi, 51[[8667|51]]
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Slot
28
"Wij dragen deze schat in aarden potten; duidelijk blijkt dat die overgrote kracht van God komt en niet van ons" (2 Kor. 4, 7)[b:2 Kor. 4, 7]. De tegenstelling die door de apostel wordt gebruikt om de verhevenheid van de macht van God zich openbaart door de zwakte van zijn dienstwerk van verkondiger, beschrijft ook goed wat er in de sacramenten gebeurt. Heel de Kerk is geroepen om de daarin vervatte rijkdom te behoeden, opdat het primaat van het heilzaam handelen van God in de geschiedenis, hoewel in de broze bemiddeling van tekenen en gebaren die eigen zijn aan de menselijke natuur, nooit wordt verduisterd.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
De in de sacramenten werkzame virtus vormt het gelaat van de Kerk door haar in staat te stellen de genadegave waarvan de gestorven en verrezen Christus in zijn Geest iedere mens wil laten delen, door te geven. In de Kerk wordt in het bijzonder aan haar bedienaren deze grote schat toevertrouwd, opdat zij als "zorgzame dienaren" van het Volk van God deze voeden met de overvloed van het Woord en heiligen met de genade van de sacramenten. Hun komt het toe als eersten ervoor de zorgen dat "de schoonheid van het christelijk vieren" levend wordt gehouden en niet wordt "ontsierd door een oppervlakkig en beperkend begrip van de waarde ervan of, nog erger, door een instrumentalisering ervan ten dienste van een of andere ideologisch idee, wat dat ook is". Desiderio Desideravi, 16[[8667|16]]
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaAlleen zo kan de Kerk dag na dag "groeien in de kennis van het mysterie van Christus door haar leven in het mysterie van zijn Pasen in afwachting van zijn terugkeer onder te dompelen". Desiderio Desideravi, 64[[8667|64]]
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaPaus Franciscus heeft in de audiëntie, toegestaan aan onderhavige prefect van het Dicasterie voor de Geloofsleer op 31 januari 2014, deze Notitie goedgekeurd, waartoe besloten in de Pleniare zitting van dit Dicasterie, en heeft opdracht gegeven tot de publicatie ervan.
- Gegeven te Rome bij de vestiging van het Dicasterie voor de Geloofsleer[d:486], 2 februari 2024, op het feest van de Opdracht van de Heer.
Víctor Manuel Kard. Fernández
Prefect
Mgr. Armando Matteo
Secretaris voor de Doctrinaire Sectie
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.be/toondocument/9355-gestis-verbisque-nl