Romani Sermonis

SCHRIJVEN VAN PAUS PAULUS VI
over de oprichting van stichting “Latinitas” met eigen rechtspersoon
Romani sermonis

De Apostolische Stoel heeft onophoudelijk gestreefd naar de bescherming en bevordering van de uitmuntendheid en het gebruik van de Romeinse taal, die in haar, hoewel onderhevig aan enkele veranderingen – wat eigen is aan de aard van elke taal – vanaf de oude tijd van de Kerk door de lange loop van de eeuwen heen ononderbroken in stand is gebleven.

Hoewel na het Tweede Oecumenisch Vaticaans Concilie ten behoeve van pastorale doelen de volkstalen in de heilige Liturgie zijn ingevoerd, blijven er toch nog niet weinig terreinen van beoefening van vroomheid en cultuur van over, vooral met betrekking tot de Kerk, waarin de Latijnse taal volstrekt bewaard en bevorderd moet worden. Om dit te verwezenlijken en de nodige steun te verlenen, hebben wij het nuttig geacht een Stichting op te richten, die tot taak zou hebben de bestaande initiatieven te bevestigen en er nieuwe aan toe te voegen, zoals de noodzaak of gelegenheid dat vereisen, en zo, door een zekere structuur te stabiliseren, ook in de toekomst naar vermogen zorg te dragen voor de Latijnse zaak. Daarom, na alles rijpelijk te hebben overwogen, keuren wij de volgende Statuten goed en kondigen wij ze af:

Art. I - De Stichting “Latinitas” wordt opgericht, voorzien van een eigen rechtspersoon.

Art. II - De zetel van de Stichting bevindt zich in Vaticaanstad.

Art. III - De Stichting heeft als doel alle openbare en persoonlijke initiatieven te stimuleren en te beschermen die streven naar de bevordering van:
a) het gebruik van de Latijnse taal onder mensen met verschillende moedertalen, bij het schrijven van teksten die betrekking hebben op hogere wetenschap, vooral op de geesteswetenschappen van de Kerk, in katholieke universiteiten en in diocesane seminaries;
b) de studie van de Latijnse taal en van de zogenaamde klassieke en middeleeuwse Latijnse literatuur.

Art. IV - Om deze doelen te bereiken, geeft de Stichting periodieke commentaren uit; schrijft wedstrijden uit; verzorgt de voorbereiding, de publicatie en de verspreiding van boeken die teksten van uitmuntende auteurs bevatten, en van didactische hulpmiddelen; bevordert de uitgave van in het Latijn geschreven boeken, mits deze van goede kwaliteit zijn; richt studieprogramma's of scholen op, en bevordert vooral scholen waarin de beginselen van de kerkelijke Latijnse taal worden onderwezen aan de studenten van de seminaries en colleges van de Stad (Rome), en houdt lezingen, en soortgelijke activiteiten.

Art. V - De Stichting wordt geleid door een Raad die bestaat uit zeven leden; van wie er drie worden gekozen door het Staatssecretariaat, ofwel door de paus, terwijl de overige worden voorgedragen aan datzelfde Secretariaat door de terugtredende Raad. Allen worden door het Staatssecretariaat voor een periode van vijf jaar benoemd.

Art. VI - Datgene wat in Art. IV wordt voorgesteld om te doen, dient te geschieden met goedkeuring en onder leiding van de genoemde Raad.

Art. VII - Met betrekking tot alle juridische effecten, wordt de Stichting vertegenwoordigd door de Voorzitter.

Art. VIII - Het vermogen van de Stichting wordt gevormd door de goederen die de Apostolische Stoel zelf bij de oprichtingsakte eraan toewijst, en door andere goederen die haar daarna door anderen zullen worden gegeven.

Art. IX - Een college van drie commissarissen, die voor vijf jaar door het Staatssecretariaat, ofwel door de Paus, worden benoemd, beoordeelt de jaarlijkse begroting en de financiële jaarverslagen, en inspecteert het financieel beheer en de verslagen zo vaak als het hen passend lijkt. De Raad vraagt echter, nadat hij er naar behoren kennis van heeft genomen, de goedkeuring van de jaarverslagen, middels de Voorzitter, via het Staatssecretariaat aan de Paus.

Art. X - Indien de Stichting wordt ontbonden, vallen haar goederen toe aan de Apostolische Stoel.

Art. XI - De Stichting zal haar eigen reglement opstellen, die goedkeuring behoeven van het Staatssecretariaat of de Paus.

Uit het Vaticaan, 30 juni 1976, het veertiende jaar van Ons Pontificaat.
PAUS PAULUS VI