In Praeclara Summorum
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
In Praeclara Summorum
B.g.v. de 600e sterfdag van Dante Alighieri
Paus Benedictus XV
30 april 1921
Pauselijke geschriften - Encyclieken
1941, Ecclesia Docens 0134
Vert. uit het Latijn
Vertaling is in de oorspronkelijke spelling gelaten
Tussentitels, alineaverdeling en -nummering: redactie Ecclesia Docens
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Vertaling is in de oorspronkelijke spelling gelaten
Tussentitels, alineaverdeling en -nummering: redactie Ecclesia Docens
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
1941
F.A.J. van Nimwegen C.ss.R.
24 september 2025
7970
nl
Referenties naar dit document: 2
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- INLEIDING
- 1 - Heel de beschaafde wereld maakt zich op, Dante's eeuwfeest te vieren
1
Onder de schitterende schare van groote mannen, die door hun luister en roem een sieraad zijn van het katholiek geloof, en die op alle gebied maar bijzonder op het gebied der letteren en wetenschappen zich zoo onderscheiden hebben, dat zij door hun onvergankelijke meesterwerken rijke verdiensten hebben verworven voor maatschappij en Kerk, wordt ongetwijfeld een eereplaats ingenomen door Dante Alighieri[d:567], wiens afsterven weldra zes honderd jaren geleden is.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Misschien is er wel nooit een tijd geweest, waarin zijn uitblinkend genie meer erkenning vond dan in onzen tijd. Want Italië, het land, dat zich beroemen mag op zulk een zoon, is niet het eenige land dat zich opmaakt om zijn gedachtenis op luisterrijke wijze te vieren. Neen, wij hebben vernomen, dat bij alle beschaafde volken zonder uitzondering speciale comité's van geleerden zijn opgericht, met het doel een wereldhulde te brengen aan dit heerlijke sieraad van heel de menschheid.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 2 - Bij die hulde aan Dante mag de paus en de Kerk niet ontbreken
3
Welnu, in dit wondervolle koor van alle hoogstaande geesten mogen wij niet ontbreken; integendeel, wij behooren om zoo te zeggen den toon aan te geven. Want onze moeder de Kerk erkent in Alighieri op de eerste plaats en bovenal hààr zoon. In het begin van ons pontificaat schreven wij een brief aan den aartsbisschop van Ravenna, om, met het oog op Dante's naderend eeuwfeest, de kerk, in wier onmiddellijke nabijheid zijn graftombe ligt, te laten verfraaien. Maar dan moeten wij nu, dunkt ons, de heraut zijn van het eeuwfeest zelf.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
En daarom, beminde zonen, die onder het waakzaam oog der Kerk u op de studie der letteren toelegt, meenden wij goed te doen ons woord te richten tot u allen. Wij willen u nog duidelijker maken, welke nauwe banden er bestaan tusschen Alighieri en dezen Stoel van Petrus, en hoe de lof, aan zulk een naam gebracht, voor een niet gering deel op rekening van het katholiek geloof gezet moet worden.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HET THEMA DER ENCYCLIEK Dante als katholiek dichter. De vruchten der bestudeering van zijn werken. De vruchten dezer feestviering
5
Op de eerste plaats: daar onze dichter heel zijn leven lang op voorbeeldige wijze zijn katholieken godsdienst beleden heeft, moet het wel geheel overeenkomstig zijn eigen wenschen zijn, als zijn gedenkfeest, zooals naar wij weten het plan is, in het teeken van den godsdienst komt te staan. Het beantwoordt zeker aan zijn verlangen als de sluiting weliswaar plaats vindt in San Francesco te Ravenna, doch de opening gehouden wordt in San Giovanni te Florence. Aan dien prachtigen tempel dacht hij tegen het einde van zijn leven in zijn ballingschap met smachtend verlangen terug; daar verlangde, daar verkoos hij nl. den lauwerkrans der dichtkunst te ontvangen in dezelfde heilige doopkerk, waar hij als kind de sacramenteele afwassching ontvangen had.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 1 - Door degelijke studie voorbereid, vond hij zijn inspiratie vooral in het geloof
6
Ter wereld gekomen in een tijd, waarin de studiën der wijsbegeerte en der godgeleerdheid in vollen bloei stonden dank de werkzaamheid der scholastieke leeraren, die de meest waardevolle gegevens der traditie verzamelden om ze, volgens hun scherpzinnige methode bewerkt, weer aan het nageslacht over te leveren, sloot hij zich te midden van de vele richtingen op wetenschappelijk gebied vooral aan bij Thomas van Aquino, den vorst der School. Van dezen meester, wiens engelachtig genie hem zijn eerenaam verwierf, heeft hij nagenoeg alles geleerd, wat hij door wijsgeerige bespiegeling of godgeleerd dispuut heeft opgedaan. Maar terzelfdertijd verwaarloosde hij geen enkel vak van kennis of wetenschap, en verdiepte hij zich vaak in de heilige Schrift en in de lezing der Vaders. Aldus toegerust met een veelzijdige algemeene ontwikkeling, maar vooral goed thuis in de christelijke wijsheid, ontleende hij, eenmaal besloten te schrijven, de stof voor zijn gedichten, een bijna onmetelijke en waarlijk hoogst belangrijke stof, juist aan het gebied van den godsdienst. Men moet hierbij zeker den ongelooflijken omvang en de machtige vlucht van zijn genie bewonderen. Maar tegelijk springt het in het oog, dat zijn kracht voor een groot deel te danken is aan de inspiratie van het geloof. Zoo komt het, dat hij zijn hoofdwerk evenzeer door den rijkgeschakeerden glans der geopenbaarde waarheid als door al de schoonheden der kunst heeft doen uitblinken.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 2 - Zijn hoofdwerk, de Divina Commedia, is een meesterlijke synthese der katholieke dogma's
7
Inderdaad, de Divina Commedia[1076] - de naam Divina is zeer juist - heeft ten slotte, ook op de talrijke plaatsen waar zij verbeelding of verdichting of autobiografische reminiscenties bevat, tot doel, een loflied te zijn op de rechtvaardigheid en de voorzienigheid van God, die de wereld in den tijd en in de eeuwigheid bestuurt, en die aan de menschen hetzij afzonderlijk, hetzij in gemeenschap vereenigd, loon of straf naar verdienste toedeelt. In volkomen overeenstemming dan ook met de leerstukken van het katholiek geloof komt in dit dichtwerk op schitterende wijze uit: de aanbiddelijke Drievuldigheid van den eenen God; de verlossing van het menschdom door het vleeschgeworden Woord Gods; de hooge goedheid en mildheid van de maagdelijke Moeder Gods Maria, de koningin des hemels; de zaligheid van engelen en heiligen in den hemel, en lijnrecht daartegenover de straffen der goddeloozen in de hel, en tusschen die twee het verblijf der zielen, voor wie na den tijd harer loutering de hemel eens zal opengaan. Men ziet in heel het gedicht een meesterlijke synthese van deze en de overige katholieke dogma's.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Opwerping: Maar Dante's wereldbeeld is onjuist!
Het is waar: het voortschrijdend wetenschappelijk onderzoek op astronomisch gebied heeft later bewezen, dat het wereldbeeld der ouden en hun wetenschappelijke hypothese omtrent de bekende „sferen” valsch waren, en dat de natuur, het getal en de loop der sterren en andere hemellichamen heel anders zijn dan zij dachten. Maar het blijft waar, dat dit heelal, welke dan ook de ordening is die zijn deelen beheerscht, bestuurd wordt door denzelfden wil die het heeft geschapen, nl. den wil van den almachtigen God, die al het bestaande beweegt en van wiens glorie men overal sterkere of zwakkere afstralingen bespeurt.
Het is waar: het voortschrijdend wetenschappelijk onderzoek op astronomisch gebied heeft later bewezen, dat het wereldbeeld der ouden en hun wetenschappelijke hypothese omtrent de bekende „sferen” valsch waren, en dat de natuur, het getal en de loop der sterren en andere hemellichamen heel anders zijn dan zij dachten. Maar het blijft waar, dat dit heelal, welke dan ook de ordening is die zijn deelen beheerscht, bestuurd wordt door denzelfden wil die het heeft geschapen, nl. den wil van den almachtigen God, die al het bestaande beweegt en van wiens glorie men overal sterkere of zwakkere afstralingen bespeurt.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Laat de aarde, die wij menschen bewonen, in het systeem van het heelal al niet het middelpunt innemen, zoo als men meende: zij is toch de plaats geweest, waar onze eerste ouders gelukkig waren; vervolgens het tooneel van hun betreurswaardigen val uit dien staat van geluk, en ten slotte het tooneel van het herstel van het eeuwig heil der menschen door het bloed van Jesus Christus.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Dante's beschrijving van het drievoudig bestaan der zielen, zooals zijn verbeelding hem die ingaf, toont, dat hij, om reeds vóór den laatsten oordeelsdag een uitbeelding te geven van de verwerping der verdoemden, de loutering van de zielen der vromen en het geluk der zaligen, zijn helderst licht geput heeft uit de diepste leer van het geloof.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 3 - Welke de nuttige lessen zijn, die men uit zijn werken kan leeren
11
Welnu, uit den inhoud zoowel van zijn andere geschriften als vooral van zijn driedeelig dichtwerk, kunnen onze tijdgenooten, dunkt ons, voornamelijk de volgende nuttige lessen trekken.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
a. Groote eerbied voor de heilige Schrift.
Vooreerst leert Dante, dat ieder christen den grootsten eerbied moet hebben voor de heilige Schrift, en dat men alles wat daarin vervat is met volkomen bereidwilligheid moet aannemen. Voor dezen regel geeft hij de volgende bevestiging: "Ofschoon het getal schrijvers van het goddelijk woord groot is, toch is er maar één die het gedicteerd heeft, nl. God, die Zich gewaardigd heeft ons Zijn welbehagen door veler pen bekend te maken." Mon. III, 4[[9649]] Dit is mooi en zeer juist gezegd. Zoo ook het volgende: "Het Oude en Nieuwe Testament, dat voor eeuwig is afgekondigd, zooals de profeet zegt", bevat geestelijke leeringen, die de menschelijke rede te boven gaan", gegeven "door den Heiligen Geest, die door de profeten en de gewijde schrijvers, die door den Zoon Gods Jesus Christus, mede-eeuwig met Hem (den Heiligen Geest), en door diens leerlingen de bovennatuurlijke waarheid die wij noodig hebben geopenbaard heeft." Mon. III, 3,16[[9649]] Volkomen juist dan ook zeide hij, dat wij omtrent het eeuwig bestaan, dat op den loop van ons sterfelijk leven zal volgen, "onze zekerheid putten uit de oneindig ware leer van Christus, die de weg, de waarheid en het licht is: de weg, want juist door Zijn leer gaan wij zonder eenige belemmering het geluk der onsterfelijkheid tegemoet; de waarheid, want die leer is vrij van alle dwaling; het licht, want zij verlicht ons in de duisternis der onkunde van deze wereld." Conv. II, 9[[9616]]
Vooreerst leert Dante, dat ieder christen den grootsten eerbied moet hebben voor de heilige Schrift, en dat men alles wat daarin vervat is met volkomen bereidwilligheid moet aannemen. Voor dezen regel geeft hij de volgende bevestiging: "Ofschoon het getal schrijvers van het goddelijk woord groot is, toch is er maar één die het gedicteerd heeft, nl. God, die Zich gewaardigd heeft ons Zijn welbehagen door veler pen bekend te maken." Mon. III, 4[[9649]] Dit is mooi en zeer juist gezegd. Zoo ook het volgende: "Het Oude en Nieuwe Testament, dat voor eeuwig is afgekondigd, zooals de profeet zegt", bevat geestelijke leeringen, die de menschelijke rede te boven gaan", gegeven "door den Heiligen Geest, die door de profeten en de gewijde schrijvers, die door den Zoon Gods Jesus Christus, mede-eeuwig met Hem (den Heiligen Geest), en door diens leerlingen de bovennatuurlijke waarheid die wij noodig hebben geopenbaard heeft." Mon. III, 3,16[[9649]] Volkomen juist dan ook zeide hij, dat wij omtrent het eeuwig bestaan, dat op den loop van ons sterfelijk leven zal volgen, "onze zekerheid putten uit de oneindig ware leer van Christus, die de weg, de waarheid en het licht is: de weg, want juist door Zijn leer gaan wij zonder eenige belemmering het geluk der onsterfelijkheid tegemoet; de waarheid, want die leer is vrij van alle dwaling; het licht, want zij verlicht ons in de duisternis der onkunde van deze wereld." Conv. II, 9[[9616]]
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
b. Eerbied voor de traditie.
Niet minder groot is zijn vereering en hoogachting voor "de eerbiedwaardige groote kerkvergaderingen, waarbij Christus, zooals geen enkel christen betwijfelt, tegenwoordig is geweest." Bovendien heeft hij ook een groote hoogachting voor "de geschriften van Augustinus en de andere Leeraren", en, zoo zegt hij, "wie er aan twijfelt of zij door den Heiligen Geest zijn geholpen, die heeft ofwel de vruchten van hun arbeid in het geheel niet gezien of, als hij ze gezien heeft, toch volstrekt niet geproefd." Mon. III, 5[[9649]]
Niet minder groot is zijn vereering en hoogachting voor "de eerbiedwaardige groote kerkvergaderingen, waarbij Christus, zooals geen enkel christen betwijfelt, tegenwoordig is geweest." Bovendien heeft hij ook een groote hoogachting voor "de geschriften van Augustinus en de andere Leeraren", en, zoo zegt hij, "wie er aan twijfelt of zij door den Heiligen Geest zijn geholpen, die heeft ofwel de vruchten van hun arbeid in het geheel niet gezien of, als hij ze gezien heeft, toch volstrekt niet geproefd." Mon. III, 5[[9649]]
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
c. Eerbied voor het gezag van de katholieke Kerk en van den paus.
Een geheel buitengewone achting heeft Alighieri voor het gezag der katholieke Kerk en voor de macht van den paus, wiens macht, zooals hij wist, de rechtsgeldigheid geeft aan alle wetten en instellingen van zuiver kerkelijken aard. Vandaar zijn energieke aansporing tot de christenen om, waar zij de boeken van beide Testamenten hebben en bovendien den herder der Kerk om hen te leiden, met die middelen ter zaligheid tevreden te zijn. Daarom voelt hij de rampen der Kerk als zijn eigen ongeluk, betreurt en veroordeelt hij iederen ontrouw van christenen aan den paus, en spreekt hij de Italiaansche kardinalen na de verplaatsing van den Apostolischen Stoel uit Rome aldus aan: "Wee over ons, die denzelfden Vader en Zoon, denzelfden God-Mensch, dezelfde Moeder-Maagd belijden, over ons om wie en om wier zaligheid tot Petrus na de driemaal herhaalde vraag of hij Jesus beminde gezegd is: Petrus, weid de heilige kudde. Wee over Rome, waaraan Christus na de vele triomfen, die het gevierd had, met woord en daad de verzekering heeft gegeven van de wereldheerschappij; de stad, die door Petrus en Paulus, den leeraar der heidenen, tot apostolischen zetel gewijd is door de besproeiing met hun bloed; de stad, waarover wij thans met Jeremias, niet in rouw over de nakomelingen maar in droefheid over eigen persoon moeten treuren als over een weduwe en verlatene! Helaas, wat een verdriet! even erg als het verdriet bij het aanschouwen van de droevige wonde, die door de ketterijen geslagen is!" Epist. 3Epist. 3
Een geheel buitengewone achting heeft Alighieri voor het gezag der katholieke Kerk en voor de macht van den paus, wiens macht, zooals hij wist, de rechtsgeldigheid geeft aan alle wetten en instellingen van zuiver kerkelijken aard. Vandaar zijn energieke aansporing tot de christenen om, waar zij de boeken van beide Testamenten hebben en bovendien den herder der Kerk om hen te leiden, met die middelen ter zaligheid tevreden te zijn. Daarom voelt hij de rampen der Kerk als zijn eigen ongeluk, betreurt en veroordeelt hij iederen ontrouw van christenen aan den paus, en spreekt hij de Italiaansche kardinalen na de verplaatsing van den Apostolischen Stoel uit Rome aldus aan: "Wee over ons, die denzelfden Vader en Zoon, denzelfden God-Mensch, dezelfde Moeder-Maagd belijden, over ons om wie en om wier zaligheid tot Petrus na de driemaal herhaalde vraag of hij Jesus beminde gezegd is: Petrus, weid de heilige kudde. Wee over Rome, waaraan Christus na de vele triomfen, die het gevierd had, met woord en daad de verzekering heeft gegeven van de wereldheerschappij; de stad, die door Petrus en Paulus, den leeraar der heidenen, tot apostolischen zetel gewijd is door de besproeiing met hun bloed; de stad, waarover wij thans met Jeremias, niet in rouw over de nakomelingen maar in droefheid over eigen persoon moeten treuren als over een weduwe en verlatene! Helaas, wat een verdriet! even erg als het verdriet bij het aanschouwen van de droevige wonde, die door de ketterijen geslagen is!" Epist. 3Epist. 3
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Zoo ook noemt hij de Roomsche Kerk nu eens de liefdevolle Moeder, dan weer de bruid van den Gekruisigde, en Petrus noemt hij den onfeilbaren rechter over de door God geopenbaarde waarheid, aan wien allen verplicht zijn zich met de grootste gehoorzaamheid te onderwerpen, waar het gaat over hetgeen men ter eeuwige zaligheid gelooven of doen moet.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Ofschoon hij dan ook de waardigheid van den keizer beschouwt als onmiddellijk komende van God, geeft hij toch de verzekering: deze "waarheid moet men niet zóó strikt opvatten, als zou de keizer van Rome in geen enkel opzicht onder den paus van Rome staan, want het tijdelijk geluk dezer aarde is in zekeren zin gericht op het eeuwige geluk." Mon. III, 1[[9649]]
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Dit is een uitstekend en zeer verstandig beginsel. Hield men daar tegenwoordig trouw aan vast, dan zou de staat daarvan de rijkste zegeningen genieten.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Opwerping: Maar Dante's scherpe uitvallen tegen de pausen dan!
Maar, zal men zeggen, Dante heeft uiterst bittere en beleedigende uitvallen tegen de pausen van zijn tijd!
Maar, zal men zeggen, Dante heeft uiterst bittere en beleedigende uitvallen tegen de pausen van zijn tijd!
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Het is zoo, maar dan gaat het tegen pausen, met wier politiek hij het niet eens was, en die het, zoo dacht hij, hielden met de partij, welke hem uit huis en vaderland verdreven had. Welnu, men moet het een man, die de speelbal van zulke hevige stormen van tegenspoed geweest is, vergeven, als hij uit zijn diep gewond gemoed eenige klachten heeft laten ontsnappen, die de maat te buiten schijnen te gaan. Die verontschuldiging geldt nog te meer, daar het een onbetwistbaar feit is, dat zijn toorn nog meer is opgehitst door boosaardige geruchten, verbreid door sommige lieden, die, zooals het gewoonlijk gaat, bij hun tegenstanders alles ten kwade uitlegden.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
20 Trouwens dit ligt nu eenmaal in de menschelijke zwakheid "het is onvermijdelijk (zegt de H. Leo de Groote) dat ook godgewijde zielen bezoedeld worden door het stof der wereld." 4e Preek over de veertigdaagse Vasten, [[9043|+2]] Wie zou dus kunnen ontkennen, dat er in dien tijd bij sommige leden der geestelijkheid minder stichtende dingen voorkwamen, wel in staat, zijn hart, dat zoo vol toewijding was voor de Kerk, in een bittere en verdrietige stemming te brengen? Wij weten immers, dat die ergernissen bittere klachten hebben ontwrongen aan mannen, die door heilig leven uitmuntten. Maar dit is zeker: ondanks de misbruiken bij de geestelijkheid, die hij terecht of ten onrechte in zijn heftige verontwaardiging brandmerkte en geeselde, wilde hij toch nooit ook maar iets afdoen van de vereering, die men de Kerk verschuldigd is, of van zijn hoogachting voor de hoogste sleutelmacht. Zijn bedoeling was dus, zijn eigen politieke inzichten te verdedigen "tot behoud der waarheid, sterk in het gevoel van den eerbied, die de plicht is van een goeden zoon jegens zijn vader, van een goeden zoon jegens zijn moeder, van een vroom mensch jegens Christus, jegens de Kerk, jegens haar herder, en jegens allen, die den christelijken godsdienst belijden." Mon. III, 8[[9649]]
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
d. In één woord: zijn dichtwerk is een goudmijn van katholieke leer op alle gebied.
Dante heeft dus om zoo te zeggen heel het bouwwerk van zijn gedicht op de grondslagen van den godsdienst opgebouwd. Wat wonder derhalve, dat men er als het ware een goudmijn van katholieke leer in ontdekt, d.w.z. zoowel het merg van de christelijke wijsbegeerte en godgeleerdheid, als bovendien het kort begrip der goddelijke wetten in zake staatsinrichting en staatsbestuur? Alighieri was er de man niet naar om te beweren, dat men; uit zucht om zijn vaderland te vergrooten of bij vorsten in het gevlij te komen, in de politiek de rechtvaardigheid of het goddelijk recht op zij mag zetten. Want hij wist heel goed, dat de naleving daarvan het voornaamste en stevigste fundament voor den staat is.
Dante heeft dus om zoo te zeggen heel het bouwwerk van zijn gedicht op de grondslagen van den godsdienst opgebouwd. Wat wonder derhalve, dat men er als het ware een goudmijn van katholieke leer in ontdekt, d.w.z. zoowel het merg van de christelijke wijsbegeerte en godgeleerdheid, als bovendien het kort begrip der goddelijke wetten in zake staatsinrichting en staatsbestuur? Alighieri was er de man niet naar om te beweren, dat men; uit zucht om zijn vaderland te vergrooten of bij vorsten in het gevlij te komen, in de politiek de rechtvaardigheid of het goddelijk recht op zij mag zetten. Want hij wist heel goed, dat de naleving daarvan het voornaamste en stevigste fundament voor den staat is.
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 4 - De vruchten der lezing en bestudeering van Dante
22
Ons besluit is dus: wij kunnen bij dezen dichter om zijn uitstekend talent een hoog aesthetisch genot smaken, maar zeker ook een evengroot nut vinden, en dat zoowel voor de vorming van den smaak als voor de vorming in de deugd. Alleen: als men hem gaat lezen, moet men vrij zijn van vooroordeelen en bezield met liefde voor de waarheid.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
Nog meer: men telt onder de katholieken veel goede dichters, die, zooals de uitdrukking luidt, "alle punten behalen door het nuttige met het aangename te vereenigen", Epist. ad Pisones v. 343[[8639]] maar Dante heeft deze eigenaardigheid: Terwijl hij den lezer weet te boeien door de buitengewone afwisseling zijner tafereelen, door de schoonheid van zijn coloriet en door de grootschheid van zijn gedachten en van zijn stijl, wekt hij door den aantrekkelijken vorm tegelijk de liefde voor de christelijke wijsheid op. Iedereen kent zijn openhartige verklaring, dat het bij de samenstelling van zijn gedicht zijn bedoeling was, aan alle menschen als het ware een levenwekkend geestelijk voedsel te bieden. Wij kennen dan ook voorbeelden, zelfs uit onzen tijd, van menschen, die van Christus verwijderd leefden, maar zonder Hem te haten, en die, hoofdzakelijk door de lezing en bestudeering van Dante, onder den invloed der goddelijke genade voor het eerst een vermoeden kregen van de waarheid van het katholieke geloof, en later met blijdschap zich in den schoot der Kerk hebben doen opnemen.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- 5 - Welke vruchten dit eeuwfeest moet hebben
24
a. Bij de katholieken: vuriger geestdrift voor het katholiek geloof en hooger schatting van Dante als katholiek dichter.
Wat wij tot hiertoe gezegd hebben is genoeg om aan te toonen, welk een welkome aanleiding dit eeuwfeest in heel de katholieke wereld juist aan de geestelijke élite biedt om zich met vuriger geestdrift te hechten aan het geloof, dat de beschermster der schoone kunsten is, en dat deze eigenschap, zoo ooit, dan vooral in Alighieri bij uitstek heeft getoond. Zeker, bij Dante wordt de bewondering gewekt door de verbazende macht van zijn talent; maar evenzeer door de haast oneindige grootschheid van zijn onderwerp, dat de geopenbaarde godsdienst hem voor zijn gedicht aan de hand deed. Den scherpen geestesblik, dien hij van nature had, heeft hij door langdurige en grondige hestudeering der antieke litteratuur nog verfijnd. Maar nog meer heeft hij dit gedaan, zooals wij reeds zeiden, door de bestudeering van de Leeraren en Vaders der Kerk. Deze studie gaf aan zijn verstand en verbeelding de kracht tot een veel hooger en breeder vlucht, dan het geval zou geweest zijn, als hij zich binnen de, immers beperkte, grenzen der louter natuurlijke kennis had opgesloten. Daarom doet hij, hoewel door een afstand van zooveel eeuwen van ons gescheiden, bijna modern aan, zeker veel moderner dan sommige hedendaagsche lofredenaars van diè oudheid, welke door Christus, door Zijn overwinning op het kruis, van haar troon is gestooten.
Wat wij tot hiertoe gezegd hebben is genoeg om aan te toonen, welk een welkome aanleiding dit eeuwfeest in heel de katholieke wereld juist aan de geestelijke élite biedt om zich met vuriger geestdrift te hechten aan het geloof, dat de beschermster der schoone kunsten is, en dat deze eigenschap, zoo ooit, dan vooral in Alighieri bij uitstek heeft getoond. Zeker, bij Dante wordt de bewondering gewekt door de verbazende macht van zijn talent; maar evenzeer door de haast oneindige grootschheid van zijn onderwerp, dat de geopenbaarde godsdienst hem voor zijn gedicht aan de hand deed. Den scherpen geestesblik, dien hij van nature had, heeft hij door langdurige en grondige hestudeering der antieke litteratuur nog verfijnd. Maar nog meer heeft hij dit gedaan, zooals wij reeds zeiden, door de bestudeering van de Leeraren en Vaders der Kerk. Deze studie gaf aan zijn verstand en verbeelding de kracht tot een veel hooger en breeder vlucht, dan het geval zou geweest zijn, als hij zich binnen de, immers beperkte, grenzen der louter natuurlijke kennis had opgesloten. Daarom doet hij, hoewel door een afstand van zooveel eeuwen van ons gescheiden, bijna modern aan, zeker veel moderner dan sommige hedendaagsche lofredenaars van diè oudheid, welke door Christus, door Zijn overwinning op het kruis, van haar troon is gestooten.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
Bij Alighieri dezelfde gevoelens van godsvrucht als 25 bij ons, dezelfde godsdienstige gedachten als bij ons, dezelfde inkleeding voor "de waarheid die ons uit den hemel is toegekomen en ons tot zulk een sublieme hoogte opvoert". Dit is zijn edelste roem: een christelijk dichter te zijn, d.w.z. in bijna goddelijke klanken de zanger geweest te zijn van het christendom, welks luister en schoonheid hij met heel zijn ziel beschouwde, welks beteekenis hij op wondere wijze heeft gevat, en dat zijn leven uitmaakte. Wie het waagt hem dezen roem te ontzeggen en in heel den religieuzen inslag der Divina Commedia[1076] slechts de inkleeding van een roman ziet, waar geen enkele waarheid aan ten grondslag ligt, die loochent in onzen dichter wat zijn kenmerkende eigenschap en de grond voor zijn andere eeretitels is.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
b. Bij allen: de overtuiging, dat het geloof geen rem is voor het genie; conclusie daaruit met betrekking tot het onderwijs.
Als dus Dante zulk een groot deel van zijn roem en zijn grootheid aan het katholiek geloof te danken heeft, dan bewijst, om van andere voorbeelden te zwijgen, zijn voorbeeld alleen reeds voldoende, dat de onderwerping van geest en hart aan God, wel verre van een rem te zijn voor de vlucht van het genie, veeleer voor die vlucht een prikkel en aanmoediging is. Zoo kan men daar ook uit opmaken, welk een kwaden dienst men bewijst aan den vooruitgang van wetenschap en cultuur, als men bij het onderwijs der jeugd den godsdienst geheel wil uitsluiten. Het is immers een betreurenswaardig feit: het onderwijs der jeugd, zooals dat van overheidswege gegeven wordt, berust gewoonlijk op het beginsel, dat de mensch in het geheel geen rekening hoeft te houden met God en in het geheel geen rekening met al de geweldige realiteiten der bovennatuurlijke orde. Want al moge het "poëma sacro" hier en daar op de openbare scholen al niet zijn buitengesloten, ja zelfs onder de werken gerekend worden die het voorwerp moeten zijn van gezette studie, toch biedt het de jeugd volstrekt niet dat levenwekkende voedsel dat het bestemd is te bieden, omdat die jeugd als gevolg der verkeerde richting in het onderwijs voor al wat op het geloof betrekking heeft niet de ware gesteltenis bezit.
Als dus Dante zulk een groot deel van zijn roem en zijn grootheid aan het katholiek geloof te danken heeft, dan bewijst, om van andere voorbeelden te zwijgen, zijn voorbeeld alleen reeds voldoende, dat de onderwerping van geest en hart aan God, wel verre van een rem te zijn voor de vlucht van het genie, veeleer voor die vlucht een prikkel en aanmoediging is. Zoo kan men daar ook uit opmaken, welk een kwaden dienst men bewijst aan den vooruitgang van wetenschap en cultuur, als men bij het onderwijs der jeugd den godsdienst geheel wil uitsluiten. Het is immers een betreurenswaardig feit: het onderwijs der jeugd, zooals dat van overheidswege gegeven wordt, berust gewoonlijk op het beginsel, dat de mensch in het geheel geen rekening hoeft te houden met God en in het geheel geen rekening met al de geweldige realiteiten der bovennatuurlijke orde. Want al moge het "poëma sacro" hier en daar op de openbare scholen al niet zijn buitengesloten, ja zelfs onder de werken gerekend worden die het voorwerp moeten zijn van gezette studie, toch biedt het de jeugd volstrekt niet dat levenwekkende voedsel dat het bestemd is te bieden, omdat die jeugd als gevolg der verkeerde richting in het onderwijs voor al wat op het geloof betrekking heeft niet de ware gesteltenis bezit.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
c. Moge Dante zijn plaats herkrijgen.
Moge dit eeuwfeest tot resultaat hebben, aan Dante overal waar men werkt aan de letterkundige vorming der jeugd de hem toekomende eereplaats te bezorgen en hem gelegenheid te geven den studenten de christelijke leer bij te brengen. Hij had immers bij de samenstelling van zijn gedicht niets anders op het oog dan "de hier op aarde levenden te ontrukken aan den staat van ongeluk", d.w.z. den staat der zonde, "en te voeren tot den staat van geluk", d.i. den staat der goddelijke genade. Epist. 10, § 15Epist. 10, § 15
Moge dit eeuwfeest tot resultaat hebben, aan Dante overal waar men werkt aan de letterkundige vorming der jeugd de hem toekomende eereplaats te bezorgen en hem gelegenheid te geven den studenten de christelijke leer bij te brengen. Hij had immers bij de samenstelling van zijn gedicht niets anders op het oog dan "de hier op aarde levenden te ontrukken aan den staat van ongeluk", d.w.z. den staat der zonde, "en te voeren tot den staat van geluk", d.i. den staat der goddelijke genade. Epist. 10, § 15Epist. 10, § 15
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- SLOT
28
Aansporing tot de katholieke studenten
Wat u betreft, beminde zonen, die het geluk hebt u onder de leiding dier Kerk op de beoefening der letteren en wetenschappen toe te leggen, bewaart uw liefde en hoogachting voor dezen dichter, dien wij zonder aarzeling den meest welsprekenden heraut en lofredenaar der christelijke wijsheid durven noemen. Hoe meer gij van hem gaat houden, des te meer zet gij uw geest open voor de schittering der waarheid, des te trouwer zult gij volharden in den eerbied en de liefde voor uw heilig geloof.
Wat u betreft, beminde zonen, die het geluk hebt u onder de leiding dier Kerk op de beoefening der letteren en wetenschappen toe te leggen, bewaart uw liefde en hoogachting voor dezen dichter, dien wij zonder aarzeling den meest welsprekenden heraut en lofredenaar der christelijke wijsheid durven noemen. Hoe meer gij van hem gaat houden, des te meer zet gij uw geest open voor de schittering der waarheid, des te trouwer zult gij volharden in den eerbied en de liefde voor uw heilig geloof.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Als onderpand der goddelijke gaven en als bewijs onzer vaderlijke welwillendheid verleenen wij aan u allen, beminde zonen, met groote liefde den apostolischen zegen.
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaGegeven te Rome, bij St. Pieter, den 30en April 1921, in het zevende jaar van ons pausschap.
PAUS BENEDICTUS XV
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 2
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.be/toondocument/7970-in-praeclara-summorum-nl