Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters!
De zondag van de Palmen – Palmzondag - is het grote portaal dat ons binnenleidt in de , de week waarin de Heer Jezus zich op weg begeeft naar het hoogtepunt van zijn aardse leven. Hij gaat op naar Jeruzalem om de Schriften te vervullen en aan het kruishout gehangen te worden, de troon van waaruit Hij voor altijd zal heersen, naar zich toetrekkend de mensheid van alle tijden en aan allen de gave van verlossing aanbiedend. We weten uit de Evangelies dat Jezus zich samen met de Twaalf op weg begeven had naar Jeruzalem en dat beetje bij beetje zich een groeiende schare van pelgrims bij hen had aangesloten. De heilige Marcus verhaalt ons dat het al bij het vertrek uit Jericho een “grote menigte” was die Jezus volgde.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Op dit laatste stuk van de tocht voltrekt zich iets bijzonders, dat de verwachting ten aanzien van wat er staat te gebeuren nog doet toenemen en dat maakt dat de aandacht zich nog meer op Jezus concentreert. Langs de weg, waar deze Jericho uitgaat, zit een man te bedelen die Bartimeüs heet. Nauwelijks hoort hij dat Jezus van Nazareth er aan komt of hij begint te roepen: “Jezus, zoon van David, heb medelijden met mij” . Men doet moeite om hem te doen zwijgen, maar tevergeefs; totdat Jezus hem laat roepen en hem uitnodigt dichterbij te komen. “Wat wil je dat Ik voor je doe?”, vraagt Hij. En hij: “Rabboeni, maak dat ik weer zien kan” . Jezus antwoordt: “Ga, je geloof heeft je genezen”. Bartimeüs kon weer zien en begon Jezus te volgen op zijn weg. En zie, na dat wondere teken dat vergezeld ging van die aanroeping “Zoon van David”, ging er een siddering van messiaanse hoop door de menigte die in velen de vraag deed opkomen of die Jezus die voor hun uittrok naar Jeruzalem, wellicht de Messias was, de nieuwe David? En of misschien met zijn aanstaande intocht in de heilige Stad de tijd aangebroken was waarin God eindelijk het davidische rijk zou herstellen?
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Ook de voorbereiding van de intocht, die Jezus samen met zijn leerlingen doet, draagt tot de vermeerdering van deze hoop bij Zoals we in het Evangelie van vandaag hoorden kwam Jezus in Jeruzalem aan vanuit Betfage en de Olijfberg, dat is: langs de weg waarlangs ook de Messias zou moeten komen. Van daaruit zendt Hij twee leerlingen, met de opdracht Hem een ezelsveulen te brengen dat ze langs de weg zouden aantreffen. Ze vinden inderdaad het ezeltje, maken het los en brengen het naar Jezus. Op dit punt gekomen raken de gemoederen van de leerlingen en van de andere pelgrims in de greep van het enthousiasme: ze nemen hun mantels en leggen die over het veulen; anderen spreiden ze uit over de weg voor Jezus, die verder gaat , gezeten op de rug van de ezel. Dan snijden ze twijgen af van de bomen en beginnen ze woorden te roepen uit Psalm 118, oude zegenwoorden van pelgrims die in deze context een messiaanse proclamatie worden:
“Hosanna! Gezegend die komt in de naam van de Heer. Gezegend het komend koninkrijk van onze vader David! Hosanna in den hoge” .
Deze feestelijke acclamatie, overgeleverd door alle vier de Evangelisten, is een zegenroep, een jubelhymne. Zij geeft uitdrukking aan de eensgezinde overtuiging dat, in Jezus, God zijn volk bezocht heeft en dat de Messias, naar wie verlangend werd uitgezien, eindelijk gekomen is. En allen zijn daar in een groeiend verwachtingsvol uitzien naar het werk dat de Christus zal verrichten als hij eenmaal in zijn stad is binnengegaan.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Maar wat is de inhoud, de diepste resonantie van deze jubelroep? Het antwoord komt tot ons vanuit heel de Schrift, die ons eraan herinnert dat de Messias de belofte zal vervullen van de zegen van God, de oorspronkelijke belofte die God aan Abraham gedaan had, de vader van alle gelovigen: “Ik zal een groot volk van u maken. Ik zal u zegenen... en in u zullen alle geslachten op aarde worden gezegend” . Dat is de belofte die Israël altijd levend gehouden heeft in het gebed, in het bijzonder in het gebed van de Psalmen. Daarom is Hij die door de menigte wordt toegeroepen als de gezegende tegelijkertijd ook Degene in wie de hele mensheid gezegend zal zijn. Zo ziet in het licht van de Christus zich heel de mensheid verenigd en als het ware omhuld met de mantel van Gods zegen, een zegen die alles doordringt, alles ondersteunt, alles verlost, alles heiligt.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Hier kunnen we een eerste belangrijke boodschap ontdekken die op het feest van vandaag ons bereikt: de uitnodiging om het juiste zicht te krijgen op heel de mensheid, op de volkeren die de wereld vormen, op de verschillende culturen en beschavingen. Het zicht dat de gelovige van Christus ontvangt is het zicht van de zegen: een wijs en liefdevol zicht, in staat de schoonheid van de wereld te zien en met haar broosheid mee te lijden. In dit zicht komt het zicht te voorschijn van God zelf op de mensen die Hij liefheeft en op de schepping, het werk van zijn handen. We lezen in het
Boek Wijsheid:
“U ontfermt zich over iedereen, omdat U alles kunt en U telt de zonden van de mensen niet, om hen tot inkeer te laten komen. Want alles wat bestaat hebt u lief en u verafschuwt niets van wat u gemaakt hebt; ... U spaart echter alles, omdat het van U is, U, Heer, die alles wat leeft bemint” .
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Keren we terug tot de evangeliebladzijde van vandaag en stellen we ons de vraag: Wat leeft er in het hart van al degenen die Christus toejuichen als Koning van Israël? Ze hadden beslist een idee van de Messias, een idee ervan hoe de koning moest optreden die door de profeten beloofd was en zo lang verwacht werd. Het is dan ook geen toeval dat enkele dagen later de menigte van Jeruzalem, in plaats van Jezus toe te juichen, tot Pilatus zal schreeuwen: “Kruisig Hem”! En zelfs de leerlingen evenals anderen die Hem gezien hadden en naar Hem hadden geluisterd, bleven verstomd en verward achter. Het merendeel was teleurgesteld over de wijze waarop Jezus besloten had zich als Messias en Koning van Israël te presenteren. Juist hier ligt de kern van het feest van vandaag, ook voor ons. Wie is Jezus van Nazareth voor ons? Welk idee hebben wij van de Messias, welk idee hebben wij van God? Dit is een cruciale vraag die wij niet kunnen ontwijken, des te meer omdat wij juist in deze week geroepen worden om onze Koning te volgen die als troon het kruis kiest; wij worden geroepen een Messias te volgen die ons niet een gemakkelijk aards geluk verzekert, maar het geluk van de hemel, de zaligheid van God. Dus moeten wij ons afvragen: wat zijn onze eigenlijke verwachtingen? Wat zijn onze diepste verlangens waarmee we vandaag hier naartoe gekomen zijn om Palmzondag te vieren en een begin te maken met de ?
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Dierbare jongeren die hier samengekomen bent! Dit is op een bijzondere manier , waar ter wereld de Kerk ook aanwezig is. Daarom groet ik jullie heel hartelijk! Palmzondag moge voor jullie de dag zijn van het besluit, het besluit de Heer te aanvaarden en hem radicaal te volgen, het besluit om van zijn Pasen van dood en verrijzenis de zin zelf te maken van jullie leven als Christenen. Het is het besluit dat tot de ware vreugde brengt, waaraan ik heb willen herinneren in de – en zoals het voor de heilige Clara van Assisi een feit werd, die op haar achttiende of zo, geboeid door het voorbeeld van de heilige Franciscus en zijn eerste gezellen, juist op Palmzondag het ouderlijk huis verliet om zich totaal aan de Heer toe te wijden: ze was slechts achttien jaar en had de geloofsmoed en de liefde om voor Christus te kiezen, doordat zij in Hem de vreugde en de vrede vond.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Dierbare broeders en zusters, laat de gevoelens van deze dagen in het bijzonder deze twee zijn: van lof, zoals degenen hebben gedaan die Jezus in Jeruzalem ontvingen met hun “hosanna”; en van dankbaarheid, omdat de Heer Jezus in deze Heilige Week de grootste gave hernieuwt die men maar denken kan: Hij zal ons zijn leven geven, zijn lichaam en zijn bloed, zijn liefde. Maar aan zo’n grote gave moeten wij op een passende wijze beantwoorden, namelijk met de gave van ons zelf, van onze tijd, van ons gebed, van ons volhardende aanwezigheid in diepe gemeenschap van liefde met Christus die lijdt, sterft en voor ons verrijst. De oude Kerkvaders hebben een symbool van dat alles gezien in het gebaar van het volk dat Jezus bij zijn intocht in Jeruzalem volgde, het gebaar van het spreiden van hun mantels voor de Heer. Voor Christus – zeiden de Vaders – moeten wij ons leven uitspreiden, onze persoon, in een houding van dankbaarheid en aanbidding.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Luisteren we tot slot nog eens naar de stem van een van die oude Vaders, die van de heilige Andreas, bisschop van Kreta:
“Spreiden we dus liever nederig voor Christus onszelf uit dan de mantels of de levenloze takken of de groene twijgen die slechts voor enkele uren een lust voor het oog zijn maar die bestemd zijn om met het vocht ook hun groene kleur te verliezen. Spreiden wij liever onszelf voor Hem uit, bekleed met zijn genade, of beter, met heel Hemzelf ... en werpen wij onszelf als uitgespreide mantels voor zijn voeten ... om aan de overwinnaar van de dood niet langer eenvoudige palmtakken aan te bieden, maar overwinningstrofeeën. Laten ook wij, zwaaiend met de geestelijke takken van de ziel, elke dag samen met de kinderen op heilige wijze roepen: Gezegend die komt in de naam van de Heer, de koning van Israël.”
Amen!
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.be/toondocument/4579-palmzondag-de-dag-om-voor-christus-te-kiezen-nl