Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare jonge vrienden,
Ik denk dat jullie, zonder dat ik het behoef te zeggen, reeds weet hoe blij ik ben bij jullie te zijn vandaag. Waarheen ik ook reis in de wereld, altijd sta ik erop de jongeren te ontmoeten. Een paar dagen geleden was ik bij hen in New Orleans en vandaag heb ik het genoegen bij jullie te zijn. Vanaf mijn eerste dagen als jong priester heb ik vele uren doorgebracht in gesprek met studenten op de universiteitscampussen of op trektocht langs de meren of in de bergen en heuvels. Ik heb vele avonden zingend doorgebracht met jonge mensen en vrouwen zoals jullie. Ook nu als paus komen gedurende de zomermaanden verschillende groepen jongeren voor een avond naar Castel Gandolfo, en wij zingen en praten samen.
Zoals jullie waarschijnlijk weten, zeg ik dikwijls, dat jullie die jong bent, hoop brengen in de wereld. De toekomst van de wereld straalt in jullie ogen. Ook nu helpen jullie mee de toekomst van de samenleving vorm te geven. Daar ik altijd hoge verwachtingen heb van de jongeren, zou ik juist vandaag graag tot jullie spreken over de hoop.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Wij kunnen niet leven zander hoop. Wij moeten een bepaald levensdoel, een zin voor ons bestaan hebben. Wij moeten naar iets uitzien. Zonder hoop beginnen wij te sterven.
Waarom gebeurt het soms, dat een schijnbaar gezond persoon en succesvol in de ogen van de wereld, een te grote dosis slaappillen neemt en zelfmoord pleegt? Waarom zien wij van de andere kant een ernstig gehandicapt iemand vol grote levensmoed? Is het niet vanwege de hoop? De een heeft alle hoop verloren; in de ander is de hoop levend en groot. Duidelijk is bovendien, dat de hoop niet voortvloeit uit talenten of gaven of lichamelijke gezondheid en succes! Ze komt van iets anders. Om meer nauwkeurig te zijn, de hoop komt van iemand anders, iemand buiten onszelf.
De hoop komt van God, van ons geloof in God. Mensen van hoop zijn zij die geloven, dat God hen heeft geschapen met een bedoeling en dat Hij in hun behoeften wil voorzien. Zij geloven, dat God hen liefheeft als een trouwe Vader. Herinneren jullie je de raad welke Jezus aan zijn leerlingen gaf, toen zij bang bleken te zijn voor de toekomst? Hij zei: 'Weest niet bezorgd voor uw leven, wat ge zult eten en ook niet voor uw lichaam, wat ge zult aantrekken. Het leven is meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding. Let op de raven: ze zaaien niet en maaien niet, ze hebben geen voorraadkamer of schuur, maar God voedt ze. Hoeveel meer zijt gij dan de vogels!' . Ja, God kent al onze behoeften. Hij is de grondslag voor onze hoop.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Maar hoe staat het met mensen die niet in God geloven? Dit is inderdaad een ernstig probleem, een van de grootste problemen van onze tijd- het atheïsme, het feit dat veel van onze tijdgenoten geen geloof in God bezitten. Toen ik vorig jaar Australië bezocht, vertelde ik een groep kinderen: 'Het moeilijkste van het paus zijn is te zien dat veel mensen de liefde van Jezus niet aanvaarden, niet weten wie Hij werkelijk is en hoezeer Hij hen liefheeft ... (Jezus) dwingt mensen niet zijn liefde te aanvaarden. Hij biedt het hun aan en laat hen vrij ja of neen te zeggen. Het vervult me met vreugde te zien hoeveel mensen onze Heer kennen en liefhebben, hoevelen ja tot Hem zeggen. Maar het doet me leed te zien, dat sommige mensen neen zeggen' . Zonder geloof in God kan er geen hoop zijn, geen duurzame, authentieke hoop. Niet meer in God geloven is een weg opgaan, welke alleen maar tot leegheid en wanhoop leidt.
Maar zij die de gave van het geloof bezitten, leven met vertrouwen ten aanzien van de komende dingen. Zij kijken naar de toekomst met verwachting en vreugde, zelfs tegenover leed en pijn; en de toekomst waarnaar zij uiteindelijk uitzien is het eeuwigdurende leven met de Heer. Dit soort hoop was zeer opvallend in het leven van de heilige Paulus, die eens schreef: 'Wij worden aan alle kanten bestookt, maar raken toch niet in de klem; wij zien geen uitweg meer, maar zijn nooit ten einde raad; vervolging treft ons, maar wij worden niet in de steek gelaten; wij worden neergeveld, maar gaan er niet aan dood ... Al gaan wij ook ten onder naar de uitwendige mens, ons innerlijk leven vernieuwt zich van dag tot dag' . Alleen God kan ons innerlijke zelf van 'dag tot dag vernieuwen. Alleen God kan zin aan het leven geven, God die naar ieder van ons is toegekomen in 'Christus Jezus, onze hoop' .
In het Nieuwe Testament staan twee brieven die aan de heilige Petrus worden toegeschreven. In de eerste ervan zei hij: 'Heiligt in uw hart Christus als Heer. Weest altijd bereid tot verantwoording aan alwie u rekenschap vraagt van de hoop die in u leeft' . Dierbare jonge vrienden: ik bid dat uw geloof in Christus altijd levend en sterk mag blijven. Op die manier zullen jullie altijd bereid zijn anderen rekenschap te geven van jullie hoop; jullie moeten boodschappers zijn van hoop voor de wereld.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Mij wordt dikwijls gevraagd, vooral door jongeren, waarom ik priester ben geworden. Misschien zouden sommigen van jullie graag dezelfde vraag willen stellen. Laat ik proberen kort te antwoorden.
Ik moet beginnen met te zeggen, dat het onmogelijk is het allemaal te verklaren. Want het blijft ook voor mezelf een mysterie. Hoe kan iemand de wegen van God verklaren? Toch weet ik, dat ik op een bepaald moment in mijn leven ervan overtuigd was, dat Christus tot mij zei wat Hij tot duizenden vóór mij had gezegd: 'Kom, volg Mij'. Er was een duidelijk besef, dat wat ik in mijn hart hoorde, geen menselijke stem was, noch louter een idee van mezelf. Christus riep mij Hem als priester te dienen.
En je kunt gerust zeggen, dat ik God zeer dankbaar ben voor mijn roeping tot het priesterschap. Niets betekent meer voor mij of geeft mij groter vreugde dan iedere dag de mis te vieren en het volk van God in de kerk te dienen. Dat is steeds waar geweest sinds de dag van mijn priesterwijding. Niets heeft daarin ooit verandering gebracht, zelfs niet dat ik paus werd.
Terwijl ik dit aan jullie toevertrouw, zou ik ieder van jullie graag willen uitnodigen zorgvuldig naar de stem van God in je hart te luisteren. Ieder menselijk persoon is tot gemeenschap met God geroepen. Daarom schiep de Heer ons om Hem te kennen, Hem lief te hebben en Hem te dienen, en - daardoor - het geheim tot de eeuwige vreugde te vinden. In het verleden was de kerk in de Verenigde Staten rijk aan roepingen tot het priesterschap en het religieuze leven. En dat zou vooral vandaag waar moeten zijn. Tegelijkertijd heeft de kerk het evangelisch getuigenis van heilige leken nodig in het gehuwde leven en in de ongehuwde staat. Weest ervan verzekerd, dat de Heer ieder van jullie bij naam kent en tot jullie hart wil spreken in een gesprek van liefde en heil. God blijft tot de jongeren spreken aan de oevers van de Mississippi-rivier en op de hellingen van de Rocky Mountains. God blijft spreken in de steden aan de Westkust van Amerika en op de golvende heuvels en vlakten. God blijft spreken tot iedere menselijke persoon.
Dierbare jongeren van Amerika, luistert naar zijn stem. Weest niet bevreesd. Opent jullie harten voor Christus. De diepste vreugde welke er in het leven bestaat, is de vreugde welke er in het leven bestaat, is de vreugde welke van God komt en wordt gevonden in Jezus Christus, de Zoon van God. Hij is de hoop van de wereld. Jezus Christus is jullie hoop en de mijne!
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.be/toondocument/8909-zonder-geloof-in-god-kan-er-geen-hoop-zijn-geen-duurzame-authentieke-nl