De verachting van de sacramentale riten van de Latijnse Kerk. Ook als wij de Grieken die in onze dagen tot de gehoorzaamheid van de Apostolische Stoel terugkeren, zouden willen koesteren en eren, door hun gebruiken en riten – voor zover in overeenstemming met de Heer – te ondersteunen, willen en mogen wij toch niet hen tot die dingen brengen die gevaar voor de zielen opleveren en afbreuk doen aan de eerbaarheid van de Kerk. Nadat namelijk de Griekse Kerk samen met enige bondgenoten en aanhangers zich losgemaakt heeft van de gehoorzaamheid aan de apostolische Stoel, begonnen de Grieken de Latijnen zo zeer te verafschuwen, dat zij onder andere - wat zij op goddeloze wijze tot hun schande begingen – als eens Latijnse priesters aan hun altaren gecelebreerd hadden, zelf niet eerder het offer meer wilden brengen op deze, tenzij zij - alsof zij daardoor verontreinigd zouden zijn - deze hadden afgewassen. Ook waagden de Grieken het in hun lichtvaardig waagstuk, de door de Latijnen gedoopten te herdopen. Tot op de dag van nu - zoals wij gehoord hebben - aarzelen sommigen niet om dit te doen. Om dit grote schandaal uit Gods Kerk uit te bannen, gebieden wij derhalve op aanraden van het heilig Concilie, streng, dat zij dit in de toekomst niet meer wagen moeten en zich als zonen der gehoorzaamheid aan de hoogheilige Roomse Kerk, hun Moeder, moeten aanpassen, opdat “er één kudde en één Herder zou zijn” ((Joh. 10, 16)[b:Joh. 10, 16]. Wie echter iets dergelijks zou willen wagen, moet met het zwaard der excommunicatie worden getroffen en uit ieder kerkelijk ambt gestoten en van ieder beneficie ontheven worden.
Om RK Documenten te kunnen verbeteren is uw reactie zeer waardevol. Heeft u aanmerkingen of suggesties voor verbeteringen of bent u een fout tegen gekomen? Laat het ons weten.